Gezonde plasmacellen zorgen voor onze afweer: ze maken unieke antistoffen aan die gericht zijn tegen een specifiek doelwit. Bij WM woekeren kwaadaardige rijpe lymfocyten en plasmacellen die een grote hoeveelheid van slechts één identiek abnormaal eiwit (= kloon) produceren, een zogenaamd monoklonaal immunoglobuline IgM -type.
IgM wordt vaak aangeduid als macroglobuline (vandaar de naam Waldenströms macroglobulinemie) omwille van de grootte van het eiwit. WM is aldus een (lymfoplasmacytoïd) lymfoom, waarbij de kwaadaardige cellen abnormale immunoglobulines produceren.
De aanmaak van één specifiek immunoglobuline gaat vaak ten koste van andere immunoglobulines, waardoor het afweersysteem niet goed meer werkt tegen infecties.
In het kort kunnen we de ziekte omschrijven als een kwaadaardige
woekering van een type witte bloedcellen, de lymfocyten en plasmacellen.
Ze kenmerkt zich eveneens door de aanwezigheid
van een abnormaal afweereiwit, IgM.
De ziekte kent veelal een langzaam progressief verloop.